Deel 5. 'Wie zorgt er voor de jongens als ik er niet meer ben? Ik ben met mijn werk nog niet doorgebroken. Wat heb ik bereikt in mijn leven? Zou Theodor de Stoere het redden zonder mij?'
Deel 4. 'Ik heb een raar hart en hoewel mijn huisarts me verdenkt van stress, stuurt hij me toch naar een cardioloog met een baard die me laat fietsen. ‘Er is enige onrust waarneembaar,’ zegt de baardige cardioloog.'
Deel 3. 'Positief blijven, dat is toch mijn stiekeme streven. Ik heb het super zwaar, maar je hoort me er niet over. Nee, ik klaag niet.'
Deel 2. 'Ik weet precies hoe het zit en ik overzie het totaal niet. Ik weet bijvoorbeeld zeker dat ik weer kan werken, een half jaar na de transplantatie.'
Deel 1. 'Ik pak mijn rolkoffer in met mijn nieuw gekochte pyjama’s. Ik kan absoluut niet verder denken dan tot De Transplantatie, erna blijft vaag.'